Bestuurdersaansprakelijkheid jegens de belastingdienst

Artikel 36 Invorderingswet 1990

Op grond van artikel 36 van de Invorderingswet is een bestuurder in beginsel hoofdelijk aansprakelijk voor onder andere de door de onderneming verschuldigde loon- en omzetbelasting. Als de onderneming weet dat zij niet in staat is om de verschuldigde belastingen op tijd te betalen, dan moet zij dat onverwijld melden bij de Belastingdienst. Dit is de zogenaamde melding van betalingsonmacht. Betalingsonmacht wordt gemeld via een standaardformulier van de Belastingdienst.

Binnen welke termijn moet je betalingsonmacht melden bij de fiscus?

Betalingsonmacht moet worden gemeld binnen 14 dagen nadat de belastingschuld had moeten worden voldaan. Is omzetbelasting bijvoorbeeld uiterlijk verschuldigd op 31 maart, dan moet betalingsonmacht voor die omzetbelasting worden gemeld op uiterlijk 14 april.

Moet ik steeds weer opnieuw betalingsonmacht melden?

Als je eenmaal betalingsonmacht hebt gemeld, dan heb je dat meteen gedaan voor nieuwe belastingschulden. Eenmaal gemeld blijft dus gemeld!

Wat als  betalingsonmacht tijdig is gemeld?

Het melden van betalingsonmacht bij de belasting is cruciaal voor de mate waarin sprake kan zijn van bestuurdersaansprakelijkheid richting de fiscus. Als de onderneming de melding van betalingsonmacht tijdig heeft gedaan, dan kan een bestuurder alleen aansprakelijk zijn indien de Belastingdienst bewijst dat het niet-betalen van de belasting het gevolg is van aan die bestuurder te wijten onbehoorlijk bestuur in de periode van drie jaren voorafgaande aan het tijdstip van de melding van betalingsonmacht.

Wat zijn de gevolgen van niet-tijdige melding betalingsonmacht?

Als mededeling van betalingsonmacht niet tijdig is gedaan, dan is de bestuurder aansprakelijk en wordt vermoed dat het niet-betalen van de belasting het gevolg is van het onbehoorlijk bestuur van de bestuurder gedurende een periode van drie jaren te rekenen vanaf het moment dat de onderneming in gebreke is met betalen van de belasting. Een bestuurder kan dit vermoeden alleen weerleggen als hij bewijst dat het niet aan hem te wijten is dat de onderneming niet of niet op de juiste manier betalingsonmacht heeft gemeld. Kan een bestuurder dit niet bewijzen of kan zij het kennelijk onbehoorlijk bestuur niet weerleggen, dan is de bestuurder persoonlijk aansprakelijk voor niet-betaalde belastingschulden.

Wat is de omvang van de aansprakelijkheid van de bestuurder bij niet tijdige melding?

Als je geen betalingsonmacht hebt gemeld, dan ben je als bestuurder aansprakelijk voor alle openstaande belastingschulden.

Samenloop met onbehoorlijk bestuur in geval van faillissement

Een bestuurder kan op grond van artikel 2:248 BW ook door een curator aansprakelijk worden gesteld voor het tekort van de faillissementsboedel als sprake is van onbehoorlijk bestuur. In geval van een faillissement kan zich dus een samenloop voordoen van de twee verschillende regelingen over  bestuurdersaansprakelijkheid. De Belastingdienst heeft voor dat geval in de Leidraad Invordering een regeling opgenomen. Daarin staat dat ernaar gestreefd wordt om slechts op één grond tot Bestuurdersaansprakelijkheid te komen en dat de Belastingdienst met de curator in overleg zal treden in het geval zij tot aansprakelijkstelling van de bestuurder wil overgaan. Het uitgangspunt is dat in dat geval de aansprakelijkheidsprocedure van de curator voor gaat, tenzij de fiscus een betere positie heeft.

Wat als je een regeling hebt getroffen met de curator en de fiscus stelt je daarna aansprakelijk?

De bovenstaande samenloop brengt met zich mee dat de fiscus je niet meer aansprakelijk kan stellen wanneer je een regeling hebt getroffen met de curator in het kader van een aansprakelijkstelling op grond van artikel 2:248 BW

Waarom werken met ons?